-
1 to flow from
voortvloeien uit -
2 provenir
-
3 ensue
-
4 déduire
déduire [deedŵier]1 aftrekken (van) ⇒ korten (op), inhouden (op)2 afleiden (uit) ⇒ concluderen, gevolgtrekking maken, deduceren (uit)1 afgeleid worden (uit) ⇒ geconcludeerd worden (uit), volgen, voortvloeien (uit)v1) aftrekken (van), korten (op)2) afleiden (uit), concluderen -
5 résulter
résulter (de) [reezuultee]〈 werkwoord〉1 volgen (uit) ⇒ voortvloeien (uit), resulteren (uit)♦voorbeelden:1 qu'en résultera-t- il? • wat zal daar uit voortkomen?v(de) volgen (uit) -
6 emanate from
emanate from[ emməneet] 〈 formeel〉1 (voort)komen uit ⇒ uit/voortvloeien uit, afkomstig zijn van♦voorbeelden:1 the awful smell emanated from the withered flowers • de afschuwelijke geur kwam van de verlepte bloemen -
7 ressortir
〈 werkwoord〉————————ressortir2 [rəsortier]〈 werkwoord〉2 duidelijk uitkomen ⇒ (eruit) springen, opvallen♦voorbeelden:2 faire ressortir qc. • iets duidelijk, goed doen uitkomen, de aandacht op iets vestigenressortir sur qc. • zich tegen iets aftekenen -
8 to result from
resulteren uitvoortkomen uitvoortvloeien uit -
9 вытекать
vgener. leeglopen, uitstromen, uitvloeien, weglopen (о жидкости), gulpen, ontwellen, resulteren, rinnen, uitlekken, uitlopen, vloeien (uit-èç), volgen, voortspruiten, voortvloeien (uit- èç) -
10 flow from
flow from -
11 découler
-
12 émaner
-
13 ensuivre
ensuivre (s') [ãsŵievr]1 volgen (uit, op) ⇒ voortvloeien (uit)♦voorbeelden:et tout ce qui s' ensuit • en alles wat daarbij hoort; enzovoort(s) -
14 to arise from
voortkomen uitvoortvloeien uit -
15 follow
v. volgen, opvolgen; begrijpen; achter iemand aangaan; achtervolgen; zich gedragen volgens; eruit voorkomen[ folloo]1 〈 benaming voor〉 volgen ⇒ er achteraan/erna komen; achternalopen/gaan; aanhouden, gaan langs 〈 weg, richting, rivier〉; achternazitten, achtervolgen; vergezellen; bijwonen; komen na, volgen op; opvolgen; aandacht schenken aan, in de gaten houden; begrijpen; bijhouden 〈 nieuws〉; zich laten leiden door, handelen naar, uitvoeren 〈 bevel, advies〉; nadoen 〈 voorbeeld〉; voortvloeien uit♦voorbeelden:follow the plough/sea • boer/zeeman zijnfollow the rules • zich aan de regels houdenfollow someone about/(a)round • iemand overal volgenfollow someone close • iemand op de voet volgenfollow someone home • met iemand mee naar huis lopen/gaanfollow something home • iets helemaal uitwerkenfollow on • verder gaan, volgen 〈 na onderbreking〉follow out • (nauwkeurig) opvolgen/uitvoeren; afmaken, afwerkenfollow up • (op korte afstand) volgen, in de buurt blijven van; vervolgen, een vervolg maken op; gebruik maken van; nagaanfollow (up)on • volgen opthe outcome is as follows • het resultaat is als volgtit follows that I am in favour of the scheme • ik ben derhalve voor het planto follow • als volgend(e) gang/gerechtwould you like anything to follow? • wilt u nog iets toe?II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitoefenen ⇒ beoefenen, bedrijven♦voorbeelden:follow the navy • bij de marine zijnfollow the trade of butcher • het slagersvak uitoefenen -
16 proceed from
proceed fromvoortkomen/voortvloeien uit -
17 proceed
v. verder gaan; vooruitgaan[ prəsie:d]5 zich bewegen ⇒ gaan, rijden6 ontstaan♦voorbeelden:proceed with/in • vervolgen/voortgaan met3 how shall we proceed • welke procedure zullen we volgen? -
18 result from
result from -
19 result
n. resultaat--------v. resulteren in; eindigen metresult1[ rizzult] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 gevolg ⇒ effect, uitvloeisel♦voorbeelden:as a result of • tengevolge van————————result2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
20 emanative
adj. voortvloeien uit, afkomstig van
Страницы
- 1
- 2